maandag 15 september 2008

Bezoek aan Codorniu

De meeste mensen zullen niet direct de link leggen tussen Barcelona en bubbelwijn.

Toch ligt het hart van de Spaanse Champagne, of beter gezegd de Cava-wijnen, op slechts een kleine 40 kilometer van Barcelona.

Tot eind jaren 50 noemden de Catalaanse Cava-makers hun drank nog Xampán of Champán, omdat het op dezelfde wijze als Champagne gemaakt wordt.

Maar na die tijd mocht deze naam alleen nog gebruikt worden binnen de Europese gemeenschap worden door producenten uit de Champagne-regio.
Aangezien de wijnproducenten hun "normale" wijn bovengronds bewaarden en de bruisende wijn in enorme kelders bewaarden (Cava betekent kelder in het Spaans), was de keuze voor de naam voor de Spaanse Champagne al snel gemaakt: Cava.

Zo'n 95% van alle Cava komt uit Catalonie en maar liefst 75% uit het gebied rond de "hoofdstad" van de Cava; Sant Sadurni d'Anoia, dat eerder de indruk geeft van een gemoedelijk dorp dan van de hoofdstad van een drank voor feestelijke gelegenheden.

De 2 grootste Cava-producenten uit het dorp zijn tevens elkaars grootste vijanden, Freixenet en Codorniu. Het verhaal gaat dat voor de 80-er jaren serie Falcon Crest de verhaallijnen gebaseerd waren op de ruzie's tussen deze 2 familiebedrijven die nog steeds voortduren.

Laatst bracht ik met Cava-expert Eduard (van hem zijn de foto's) een bezoek aan Codorniu, de grondleggers van de Cava. Aan 1 van de vele bewindvoerders vanaf 1551, Josep Raventos, is het te danken dat, na grondige studie in de Champagne-streek, hier in 1872 de kiem voor de huidige Cava-industrie gelegd is.
Persoonlijk wilde ik hier al enige tijd heen omdat het complex bekend staat als modernistisch monument en omdat hun "Anna de Codorniu" een van mijn Cava-favorieten is (hier voor zo'n 7 a 8 Euro in de winkel te koop).

Allereerst werden we in het luxueuze hoofdgebouw, oftewel de kathedraal, ontvangen.













Dit gebouw (de oorspronkelijke bodega) en de rest van het indrukwekkende complex is ontworpen door een tijdgenoot van Gaudi, en samen met hem 1 van de 3 meest beroemde Catalaanse modernistische architecten; Josep Puig I Cadafalch. Kunst is in het hele complex als een rode draad aanwezig.

Vervolgens kregen we in een kleine bioscoop een 10 minuten durende promo-film te zien, duidelijk op Amerikaanse leest geschoeid. Woorden als "de beste", "de eerste", "meest innovatieve" etc. waren niet van de lucht, het was duidelijk dat men hier geen last heeft van valse bescheidenheid.

Hierna nam onze zeer sympathieke baskische gids het over en kregen we een rondleiding met uitleg over de bereidingswijze van Cava.













We werden door de tuinen geleid langs het oorspronkelijke woonhuis van de familie en vervolgens begaven we ons naar het gebouw waar oorspronkelijk de Cava in gebotteld werd.
Er zijn nog enkele museumstukken bewaard gebleven die je nu rustig kunt bekijken.




Indrukwekkend is het ondergrondse gangenstelsel met een totale lengte van 38 km, waar de wijnen aan hun 2e fermentatie bezig zijn. Je wordt met een treintje langs een immense rij stoffige flessen gereden.

De flessen Cava die je tijdens het traject ziet liggen daar trouwens puur voor de show (zo had Eduard meteen al door), ze liggen al zo lang te fermenteren dat ze hoogstwaarschijnlijk niet meer te drinken zijn.

Na een korte wandeling door de vochtige gangen, kom je terecht in de ruimte waar ooit de eerste fles Cava werd gebotteld. Hier zijn nog wat kogelgaten uit de Spaanse burgeroorlog te bewonderen. Over de precieze toedracht deed onze gids geen uitspraken omdat politiek niet iets is waar men de vingers aan wil branden...

Tot slot kregen we terug in het hoofdgebouw nog een glas Cava (Gran Ultra Plus), en daar was niks mis mee.

donderdag 28 augustus 2008

Barakken

Voor de huidige bezoeker van Barcelona is het waarschijnlijk niet voor te stellen dat er ruim 40 jaar geleden zo'n 100.000 mensen in zelf in elkaar geflanste barrakken (of barraques in het catalaans) woonden. Deze bouwsels, die veelal uit puin, hout of karton bestonden, lagen verspreid over verschillende wijken in de stad.

De bewoners waren veelal Spanjaarden uit de armere gedeelten van het land die naar Barcelona kwamen in de hoop om werk te vinden, of in ieder geval in de hoop om te overleven. In de jaren 70 en 80 zijn deze wijken door de gemeente beetje bij beetje gesloopt en de bewoners werden in sociale woningbouw ondergebracht. De laatste barrakken-wijk is eind jaren 80 gesloopt, net voordat de olympische spelen begonnen.
In het historisch museum van Barcelona is t/m februari 2009 een expositie over dit fenomeen te zien, helaas voor de niet Spaans sprekende toerist is de uitleg alleen in het Catalaans en Spaans aanwezig, maar de foto's spreken in de meeste gevallen voor zichzelf. Een van de plekken waar tot 40 jaar geleden de barakkenwijk "Los Cañones" stond staat beschreven in 1 van mijn eerdere schrijfsels.

Ondanks dat er officieel geen wijken met barrakken meer bestaan kom je op sommige plekken van Barcelona nog wel bouwsels tegen waarvan het duidelijk is dat het hier niet om officiele woningen gaat. Ook in de heuvels rondom Barcelona kun je verrast worden door een zeer gammele constructie tussen een aantal bomen met een plastic zeil als "dak".

Vorige week kwam ik niet zo ver van mijn woning vandaan in het bos een plek tegen dat ook alle kenmerken heeft van een alternatieve woning. Een soort nest met een provisorisch opgezette tent die in de loop van de ochtend wordt afgebroken waar iemand zich kennelijk heeft gevestigd. De toekomst zal leren of het hier om een tijdelijke bezoeker gaat of om iemand die zich op deze groene plek definitief heeft gevestigd.

Hierbij een foto:

zaterdag 23 augustus 2008

Barcelona en fietsen

Barcelona heeft zich in de afgelopen jaren ontwikkeld van een vrijwel fietsloze stad tot een plek waar de fiets zich een volwaardige positie aan het verwerven is in het verkeer.
Dit gaat echter niet zonder slag of stoot, want een ieder die wel eens in Barcelona is geweest zal de verkeersjungle hier zijn opgevallen.

Achteruitkijkspiegels, zijspiegels en knipperlichten zijn voor veel automobilisten meer nutteloze dan essentiele attributen. Vaak genoeg moet je op het laatste moment uitwijken omdat jouw voorganger plotseling zijn auto midden op straat neerzet om een boodschap te doen, en ook nog uitstapt alsof hij/zij de enige weggebruiker is. Motor -en scooterrijders lijken zich helemaal niks aan te trekken van verkeersregels en krioelen met ware doodsverachting tussen de auto's door.

Fietsen is op veel wegen van Barcelona dan ook een bezigheid die oplettendheid, improvisatievermogen en in sommige gevallen doodsverachting vereist. Het is echter niet alleen kommer en kwel voor fietsers. Zo mag je op veel stoepen en voetpaden met je fiets rijden (de stoep moet minimaal 5 meter breed zijn en er moet minimaal 3 meter ruimte zijn ten opzichte van de overige gebruikers, dit tot groot ongenoegen van voetgangers), en zijn er inmiddels veel fietspaden aangelegd.
Bij dit laatste moet echter vermeld worden dat vele van deze fietspaden juist weer op voetpaden en stoepen zijn geplaatst, met hilarische taferelen tot gevolg. Degene die dit bedacht heeft moet aanhanger zijn van de chaos-theorie.. Verder stoppen sommige fietspaden nogal abrupt op minder logische plekken, zoals tegen de schutting van een terras (zie de foto's hieronder).


Of houdt het fietspad tijdelijk op:


De toename van het fietsgebruik in Barcelona is met name te danken aan het in 2007 door de gemeente gestarte project Bicing (een moderne uitvoering van het witte fietsenplan). Voor een relatief klein bedrag per jaar krijg je een digitale kaart waarmee je op de vele bicing-stations van Barcelona een fiets kunt pakken en deze vervolgens op een ander station kunt achterlaten. Je hier maximaal 2 uur aaneengesloten van gebruikmaken, waarvan het eerste half uur gratis is.
Bicing is in ruim een jaar ongekend succesvol gebleken, wat ook haperingen in het systeem met zich meebrengt, en de Barcelona-bezoeker zal dan ook zonder twijfel met grote regelmaat de Bicing-stations tegenkomen en de rood/witte fietsen langs zich heen zien schieten.

Al met al is fietsen in Barcelona prima te doen, mits je goed uitkijkt en de goede straten uitkiest.
Bij toeristen lijkt er ook veel interesse te zijn om zich op de fiets door de stad te begeven, een simpel voorbeeld:
Afgelopen week moest ik naar het Bicing-kantoor om een nieuwe kaart op te halen. Voor het gebouw in de oude binnenstad is ook een station waar je je bicing-fiets kunt neerzetten en ophalen en binnen 1 minuut werd ik al 2 keer aangesproken door toeristen die graag wilden weten hoe je aan zo'n kaart kunt komen. "Helaas, is niet mogelijk" was het antwoord dat ik ze moest geven.
Heb nog wel het adres van BudgetBikes aan ze doorgegeven. Een van de vele fiestverhuurbedrijven die in de afgelopen jaren uit de grond zijn geschoten. Deze onderscheidt zich door fietsverhuur op oranje-fietsen, kan dus niet anders dan Nederlands zijn.

dinsdag 29 juli 2008

Het mooiste uitzicht van Barcelona (2)













Het over het mooiste uitzicht van Barcelona hebben in mijn eerdere bericht en dan geen foto's tonen kan natuurlijk niet.
Vanochtend de Turo de la Rovira weer beklommen en wat plaatjes geschoten.
Verder zag ik dat een Spaanse blogger recentelijk ook wat over deze plek geschreven heeft en veel aardigere foto's heeft genomen dan ik.

Dit leverde nog een aardige anecdote op. Op de top aangekomen zag ik dat ik niet de enige was. Mijn metgezel voor 5 minuten vroeg me of ik hier weleens vaker was geweest en of ik toevallig de route naar Parc Guell wist.
Het bleek dat ik met een inwoner van Barcelona te doen had die hier al zijn hele leven woont, en zich met name de laatste tijd had afgevraagd hoe het op die heuvel zou zijn die hij altijd zag als hij landinwaarts keek.
Toch grappig dat je als relatieve nieuweling aan de "locals" de weg uit mag leggen...

dinsdag 22 juli 2008

Het mooiste uitzicht van Barcelona

Vanaf welke plek heb je het beste uitzicht over Barcelona? Een ieder zal zijn eigen favoriet hebben. Fraaie uitzichten heb je b.v. vanaf Montjuich, vanaf Tibidabo (de hoogste berg/heuveltop van Barcelona) en vanaf verschillende dakterrassen van hotels, b.v. Hotel Arts.

Mijn favoriet is de Turó de la Rovira; het punt waar je een perfect 360º uitzicht over heel Barcelona hebt. Hier staan nog de resten van het luchtafweergeschut uit de Spaanse burgeroorlog en als je op een van de overblijfselen klimt hebt je een waanzinnig uitzicht over Barcelona richting de zee, maar ook richting de bergketen Collserola en zelfs richting de Pyreneeen.
Ik ben er vanaf 2005 toch wel minimaal 3x per jaar geweest om alleen of met vrienden en familie van het uitzicht te genieten, maar vooral om me te verbazen over de typische staat van onderhoud van deze bijzondere plek.

In andere steden zou je namelijk op een dergelijke plek een officieel uitkijkpunt, restaurant(s) met terras of zelfs luxe hotels vinden. Niks van dit alles op de Turó de la Rovira.
De gelukkige die de top bereikt (denk niet dat je wegwijzers zult vinden, voor degene die de weg niet kent is een GPS waarschijnlijk de best optie), vindt als beloning naast het fraaie uitzicht een mengeling van vervallen bunkers en stellingen waar al 70 jaar niks aan gedaan is, een electriciteitstransformator en vooral veel vuilnis.

De gemeente van Barcelona heeft geruime tijd plannen om dit gebied te upgraden, maar in de afgelopen 30 jaar is het ze niet gelukt om tot een accoord te komen met bewoners en belangengroepen. Zodoende houdt men waarschijnlijk zonder het te beseffen één van de toegangspaden naar de top in ere. Als je vanaf de bovenuitgang van Parc Guell naar de Turó de Rovira loopt, volg je vlak voor de top namelijk de Calle Mühlberg, die je heel vrij vertaald vanuit het Duits ook wel de “vuilnisweg” kunt noemen. Zelden is een naam zo van toepassing geweest.

De plaatselijke buurtvereninging kreeg 3 jaar geleden echter een briljante ingeving om in ieder geval iets aan de rotzooi te doen op deze plek.

Wetende dat Barcelona zeer populair is bij jongeren worden sinds 2006 elk jaar vrijwilligers van 16 t/m 25 jaar opgeroepen om “archeologische activiteiten” te verrichten. Tot vorig jaar werden alleen buitenlandse gegadigden uitverkoren, maar in de editie van dit jaar heeft men ook Spaanse jongeren toegelaten.

Zo´n 60 jongeren gaan derhalve dit jaar niet zoals duizenden leeftijdsgenoten op het strand liggen. In tegendeel, op hemelsbreed 5 kilometer afstand hiervan, onder het mom van het in ere herstellen van het historisch erfgoed uit de burgeroorlog, mogen ze van maandag tot vrijdag puinruimen; van 7 uur ´s ochtends tot 12 uur ´s middags in juli en augustus in de brandende zon met een temperatuur van 30 graden op zo´n 280 meter hoogte. Als beloning krijgt men ´s middags of in het weekend een rondleiding door de stad en uitleg over de historische waarde van de plek waar men werkzaam is.

Toen ik 2 jaar geleden voor het eerst van dit project hoorde dacht ik dat het een grap was. Waarom laat de gemeente haar eigen schoonmaakdienst niet een paar weken hier de boel opruimen dacht ik, en bij voorkeur in de maanden dat je niet wegbrandt van de hitte. Maar nee, het blijkt een monthy python-achtige realiteit te zijn, met als gevolg dat ik in september vanaf een keurig schoongemaakte vervallen bunker van mijn favoriete uitzicht kan genieten, met dank aan de archeologische onderzoekers in spee.

Dit jaar kon het echter wel eens de laatste keer zijn dat ik dit schouwspel in alle rust kan beleven. De gemeente blijkt nu toch echt het plan te hebben opgevat (nadat de vrijwilligers hun werkzaamheden hebben beeindigd) om de gebouwen te gaan restaureren en op termijn een heuze “mirador” te plaatsen.
Stiekum hoop ik dat dit nog een flinke tijd duurt, want ik moet toegeven, dit soort plekken heeft voor mij een onmiskenbare charme. Je zult er zeer weinig collega-toeristen aantreffen, al heeft het eigenlijk alles in zich om een hotspot te worden voor de insiders.

Wellicht tot ziens op de Turó de Rovira!

zondag 6 juli 2008

Werk in uitvoering

Barcelona is zonder enige twijfel een grote toeristische trekpleister, maar de houding ten opzichte van het massatoerisme is vaak ambivalent.

Er wordt door de gemeente in grote hoeveelheden geld uitgegeven om het imago van Barcelona in stand te houden of te verbeteren, en om toeristen aan te trekken, maar er is bij bewoners van barcelona tegelijkertijd de houding dat de stad zich niet teveel moet aanpassen aan de toeristen zelf.

Ik krijg de indruk dat men als volgt denkt: "Als mensen onze stad willen bezoeken is dat prima, als ze veel geld besteden is het nog veel beter, maar we willen niet dat onze stad 1 groot openlucht museum wordt."
Een prima houding lijkt me, maar toch is het af en toe verrassend om te zien hoe weinig er rekening gehouden wordt met deze belangrijke inkomstenbron als het om informatievoorziening gaat.

Een goed voorbeeld zijn de werkzaamheden aan metrolijn 3 (de groene lijn). Deze lijn gebruik ikzelf van maandag tot vrijdag voor woon/werkverkeer, maar ook voor de Barcelona-bezoeker is dit een belangrijke lijn. L3 is namelijk de enige metro die vanaf het grote treinstation Sants richting de Ramblas gaat, de gehele Ramblas volgt tot aan het Plaza Catalunya en vanaf dat punt doorgaat naar 2 haltes die dichtbij het beroemdste (Gaudi-)park van Barcelona liggen: Parc Guell.

2 weken geleden verscheen er op verschillende metrostations van Lijn 3 de melding dat in de weekenden van 11 en van 18 juli deze metrolijn wegens werkzaamheden niet funcioneert op het traject waar zich de Parc Guell-haltes bevinden. In het Spaans en Catalaans staat keurig aangegeven dat er bussen ingezet zullen worden dit traject.

Meteen realizeerde ik mij dat het grootste gedeelte van degenen die in de zomermaanden het meeste gebruik maken van dit metrotraject (de niet spaans of catalaans sprekende toeristen) deze melding zal ontgaan. Ik zie nu al rijen met verhitte toeristen in of buiten de metrohaltes met hun plattegrond in de hand informatie proberen in te winnen bij de waarschijnlijk niet engels sprekende informatiebeambten van de metrodienst. Dat wordt niet "gezellig"...

Voordat ik aan dit stukje begon, bedacht ik me dat toeristen wellicht via de openbaar-vervoer website van Barcelona geinformeerd zouden worden. Als je daar echter de route invoert van plaza catalunya naar parc guell voor zaterdag 12 juli wordt je "keurig" naar lijn 3 verwezen. Geen woord over werkzaamheden en vervangende busdiensten...

Na enig ge-google ben ik verder geen meldingen tegenkomen, dus ik neem aan dat de potentiele parc guell bezoeker min of meer tot een "doe-vakantie" wordt gedwongen in de komende 2 weekenden...

Veel plezier!

zaterdag 28 juni 2008

Van oude dingen die voorbij gaan, of toch niet

Mijn buurt is architectonisch waarschijnlijk een speciaal geval.

Het is een voor Barcelona-begrippen zeer groene wijk, met gebouwen uit de 60/70-er jaren van de vorige eeuw die worden afgewisseld met bouwwerken die speciaal voor de olympische spelen van 1992 zijn gemaakt, terwijl er tussendoor overblijfselen van 50, 100 of langer terug te vinden zijn.
Bij sommige gebouwen heb ik een gemengd gevoel als ik er voorbij kom; ze zijn zo lelijk en/of vervallen dat ik me afvraag waarom ze niet zo snel mogelijk afgebroken worden om geen verdere oogpijn te veroorzaken, maar aan de andere kant vind ik het ook wel wat hebben, van die oude gammele handel tussen de voorschrijdende nieuwbouw.

Vorige week kwam las ik in de krant “El Periodico” dat één van deze gebouwen zowaar tot zeer kort geleden nog dienst heeft gedaan als baksteenfabriek. En om helemaal compleet te zijn blijkt het ook nog de laatste stenenfabriek met een ouderwetse schoorsteen van Barcelona te zijn. In Barcelona en omstreken heeft het in de 18e en 19e eeuw vol gestaan met dergelijke bouwwerken.

Ondanks de onmiskenbare lelijkheid en de ogenschijnlijke vergaande staat van verval krijg ik dan toch een nostalgisch gevoel bij zo’n gebouw, dat ik met regelmaat zonder al te veel eerbied voorbij ben gelopen.





Zoals gebruikelijk in Barcelona wordt het fabriekscomplex in de komende jaren omgetoverd tot wooneenheden. Echter, tot mijn verrassing wordt de fabriekstoren zelf niet gesloopt maar gerestaureerd, en veranderd in restaurant. Toch wel grappig.

Ik neem niet aan “La Bòbila de la Teixonera”, binnenkort de Gaudi-gebouwen gaat verdringen uit de toeristische top 10, al weet je maar nooit. Maar degene die ooit toevallig langs deze schoorsteen mocht komen weet nu in ieder geval het verhaal dat achter dit bouwwerk zit.
(De volgende foto toont trouwens het uitzicht vanaf de ingang van de steenfabriek)